Bronbelasting op rente uit Pakistan
Verdrag Artikel Getekend In werking getreden
Art. 11
Interest
1. Interest afkomstig uit een van de Staten en betaald aan een inwoner van de andere Staat, mag in die andere Staat worden belast.
2. Deze interest mag echter ook in de Staat waaruit hij afkomstig is, overeenkomstig de wetgeving van die Staat worden belast, maar indien de genieter de uiteindelijk gerechtigde tot de interest is, mag de aldus geheven belasting niet overschrijden:
a). |
10 percent van het brutobedrag van de interest, indien de interest wordt genoten door een bank of een andere financiƫle instelling; |
b). |
15 percent van het brutobedrag van de interest, indien de interest wordt betaald door een lichaam aan een lichaam (niet zijnde een maatschap of een vennootschap onder firma) dat onmiddellijk tenminste 25 percent bezit van het kapitaal van het betalende lichaam; |
c). |
10 percent van het brutobedrag van de interest, indien de interest wordt genoten krachtens een financieringsovereenkomst of uit hoofde van uitstel van betaling verband houdende met de verkoop van nijverheids- en handelsuitrusting of wetenschappelijke uitrusting of met de constructie van installaties voor nijverheids- en handelsdoeleinden of wetenschappelijke doeleinden dan wel met openbare werken; |
d). |
20 percent van het brutobedrag van de interest in alle andere gevallen. |
3. Niettegenstaande de bepalingen van het tweede lid:
a). |
is de 'State Bank of Pakistan' vrijgesteld van Nederlandse belasting ter zake van interest die afkomstig is uit Nederland; |
b). |
is de Nederlandsche Bank N.V. vrijgesteld van Pakistaanse belasting ter zake van interest die afkomstig is uit Pakistan; |
c). |
is de Regering van een van de Staten vrijgesteld van belasting in de andere Staat ter zake van interest die afkomstig is uit die andere Staat, indien zodanige interest is verkregen ter zake van leningen; |
d). |
is een financiƫle instelling die eigendom is van of beheerst wordt door de Regering van een van de Staten vrijgesteld van belasting in de andere Staat ter zake van interest die afkomstig is uit die andere Staat, indien zodanige interest is verkregen ter zake van leningen. |
5. De bepalingen van het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing indien de uiteindelijk gerechtigde tot de interest, die inwoner is van een van de Staten, in de andere Staat waaruit de interest afkomstig is een bedrijf uitoefent door middel van een aldaar gevestigde vaste inrichting, of in die andere Staat zelfstandige arbeid verricht vanuit een aldaar gevestigd vast middelpunt, en de vordering uit hoofde waarvan de interest wordt betaald, tot het bedrijfsvermogen van die vaste inrichting of tot het beroepsvermogen van dat vaste middelpunt behoort. In dat geval zijn, naar gelang van het geval, de bepalingen van artikel 7 of artikel 14 van toepassing.
6. Interest wordt geacht uit een van de Staten afkomstig te zijn, indien deze wordt betaald door die Staat zelf, door een staatkundig onderdeel, door een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam of door een inwoner van die Staat. Indien evenwel de persoon die de interest betaalt, of hij inwoner van een van de Staten is of niet, in een van de Staten een vaste inrichting of een vast middelpunt heeft, waarvoor de schuld ter zake waarvan de interest wordt betaald, was aangegaan, en deze interest ten laste komt van die vaste inrichting of van dat vaste middelpunt, wordt deze interest geacht afkomstig te zijn uit de Staat waar de vaste inrichting of het vaste middelpunt is gevestigd.
7. Indien, ten gevolge van een bijzondere verhouding tussen de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde of tussen hen beiden en een derde, het bedrag van de betaalde interest, gelet op de schuldvordering ter zake waarvan deze wordt betaald, hoger is dan het bedrag dat zonder zulk een verhouding door de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde zou zijn overeengekomen, vinden de bepalingen van dit artikel slechts op het laatstbedoelde bedrag toepassing. In dat geval blijft het daarboven uitgaande deel van het betaalde bedrag belastbaar overeenkomstig de wetgeving van elk van de Staten, zulks met inachtneming van de overige bepalingen van deze Overeenkomst.
Hierboven treft u de bewoording aan van het artikel uit het belastingverdrag tussen Nederland en Pakistan met betrekking tot rente. Wij attenderen u erop dat het werkelijke bronheffingspercercentage kan afwijken van hetgeen in het verdrag is bepaald, bijvoorbeeld door antimisbruik bepalingen in lokale wetgeving, afwijkende bepalingen uit het protocol, etc. Alvorens u met deze informatie aan de slag gaat, adviseren wij u dan ook om ons eerst te raadplegen voor het juiste bronheffingspercentage in uw concrete situatie. U kunt ons bereiken via e-mail of telefonisch op kantoor onder nummer 010-2010466. |